Socrates

Socrates was de eerste bekende filosoof. ‘Filos’ betekende in het Grieks: vriend of houden van, ‘sofia’ betekende: wijsheid. Dus Socrates was een liefhebber van de wijsheid. Socrates leefde in Athene rond 400 voor Christus. Zijn moeder was vroedvrouw en zijn vader beeldhouwer. Hij was een gewone burger en moest ook meedoen aan oorlogen.  Socrates stelde vaak lastige vragen aan mensen op de Achora (markt). De mensen noemden hem ook wel: ‘de horzel van Athene’. Hij werd beschuldigd van het bederven van de jeugd en kreeg een keuze: of het land uit of de gifbeker drinken. Socrates koos voor de gifbeker en dronk hem rustig op. Waarom deed hij dat? ‘Een soldaat vlucht ook niet als hij in levensgevaar is’, zei Socrates.

In die tijd waren er al wel sofisten. Dat waren leraren die reisden om hun wijsheid door te vertellen en werden daar ook voor betaald. Sofisten stelden vragen over hoe de wereld in elkaar zat.
Socrates was geen sofist. Ten eerste liet hij zich niet betalen. Ten tweede dacht hij dat hij niets wist. En ten derde stelde hij geen vragen over de wereld, maar over de mens.

Socrates had één grote gedachte en dat was: ‘Het enige wat ik weet is dat ik niets weet, maar daarmee weet ik meer dan andere’.

Plaats een reactie